zaterdag 20 februari 2010

Op stap...



Als ik een les WO voorbereid, dan probeer ik altijd de kinderen iets mee te geven. Toen ik mijn les over de uilen had gegeven tijdens mijn stage vorig jaar, had ik de kinderen van klas 4 en 5, een blaadje gemaakt met wat ze in een braakbal konden vinden: het skelet van een spitsmuis, veldmuis of een musje.

Sommige kinderen begonnen met potlood en pen te pulken, andere zaten te wroeten en kregen er géén genoeg van. Een meisje was "natuur slim", ze sorteerde de huid, de schedels, de botjes bij elkaar. Ze leek wel een archeologe! De kinderen vroegen plastic bekertjes om hun vondsten naar huis te nemen en de ouders te laten zien.

Het gaf me echt een voldoening.


In de herfst, zijn we met de kleuterklas in de bossen naar dassen gaan zoeken. De vader van een kindje is een echte natuurvriend, en liet ons het verschil zien tussen de planten en bomen dichtbij de Jeker en deze in het bos. We keken naar de samenstelling van de bladeren, we keken naar de kleuren, we voelde het verschil van de grond. Echt indrukwekkend!

We vonden de hollen die de dassen hadden gemaakt. Daar wij in een mergelgebied wonen (Kanne) waren het mooie ronde gele labyrinthen. De dassen zagen we niet, deze komen meestal pas s'avonds terug in hun holletje. We zagen wel een mierenhoop van zeker 2 meter. Ik kreeg er de kriebels van....






Met dezelfde klas, hebben we ook een rondleiding in de mergelgrotten van Kanne gemaakt. De moeder van een meisje uit de klas geeft daar de rondleidingen en ik had gevraagd of we eens naar de prehistorische grottekeningen mochten kijken.

Ze had een treintje en alle kleuters mochten mee. Ik had van te voren een mergelblok meegenomen tijdens mijn les, zodat ik de kinderen het kon laten voelen. Ook vertelde ik wat men ermee kon doen. ( bouw van kerken, huizen, Chateau Neercanne ), ik vertelde over de constante temperatuur van de grotten en over de vleermuizen. Ook de champignons en het grottenbier kwam aan bod.





Met mijn stageklas van vorig jaar zijn we in de prehistorische vuursteenmijnen van Rijckholt - St. Geertruid geweest. Ik dacht altijd dat je vuurstenen alleen in Drenthe kon zien, maar blijkbaar hoefde ik niet zo ver te zoeken.
We vonden informatie over de werkwijze van de prehistorische mijnwerkers, het bewerken van vuursteen, geologie van het gebied, de vondsten, de opgravingen, geschiedenis enz..



Ik vind het ook alijd erg leuk om een stad te bezichtigen. In het instroomjaar moesten we voor RZL naar het gerechtsgebouw van Brussel gaan, om de beeldende kunst van "Corpus delicti" te bezoeken. Ik was erg gefascineerd door de zwarte gedaantes van Michel Couturier die omhoog leken te zweven. Allemaal zielen van mensen die een slecht geweten op zich hadden???



Ook het zwarte gedaante van van Oost die ergens in een stoffe hoek zat verscholen, vond ik indrukwekkend. Ik vroeg me af wie het was? wat deze persoon gedaan had om hier in het gerechtsgebouw te zijn? schaamde ze zich? Had ze verdriet? Had ze iets ergs gedaan?


Het bezoeken van een expositie of stad vind ik ook erg leerzaam om met een klas te doen.
Kinderen onthouden veel beter als ze iets in het echt gezien hebben.
In Maastricht ben ik goed bekend, en kan ik altijd een rondleiding organiseren voor scholieren met een bezoek aan het Bonnefanten Museum.




Ieder jaar vertel ik de kinderen over het dagboek van Anne Frank. Ik vind dat iedereen het verhaal van haar eens gehoord moet hebben. In Nederland is dit meestal wel vanzelfsprekend, maar bij de kinderen in Wallonië is dat niet zo vanzelfsprekend.
Ik vertel dan haar verhaal en wat ze heeft meegemaakt. Kinderen leven dan erg mee. Ik laat dan foto's zien van het achterhuis, en van hun angst en verdriet. Ik laat dan het dagboek van Anne Frank zien, en een stukje van de verfilming in het Frans of Nederlands.
Ik laat de kinderen dan een opstel schrijven, of een brief naar Anne of ik laat de jongste een tekening maken. Ik sta vaak versteld van het resultaat! Ze tekenen vaak in zwart/wit, veel verdriet, stoute soldaten....
De ouders spreken me dan later aan dat kun kinderen zo over Anne Frank thuis hadden verteld! Heerlijk vind ik dit om te horen!





Ook vertel ik hun over de bezienswaardigheden van Nederland, daar de juffrouw alles over België vertel. Ik behandel de verschillende provincies en laat ze proeven van de Nederlandse cultuur.
Op koninginnedag dragen de leerlingen oranje kleren en laat ik foto's zien van de 3 prinsessen. We kijken of Koningin Beatrix onlangs een nieuwe hoed heeft besteld.. Ik neem dan altijd iets lekkers mee: poffertjes, Boscher bollen, beschuit met muisjes, drop of oranje vlaai......
Ze krijgen dan een oranje ballon en een Nederlands vlaggetje mee naar huis die we meestal samen maken. We zingen dan samen "Lang zal ze leven"voor koningin Juliana.
Zolang er geen EK-voetbal is, is er niemand die problemen maakt.
Ik ben en blijf Belg, maar de leraren genieten van de sfeer die ik in de school creëer.


In de les WO zei Jeannine meerdere malen dat je de WO in de klas moet halen, en deze moeten de kinderen weer naar buiten brengen. Ik begreep precies wat ze bedoelde. Ik was in het verleden onbewust toch goed op weg met mijn wereldorientatie.

mijn situatie




Mijn naam is Elise Aerts en heb vorig jaar het instroom jaar gevolgd. We hebben afgelopen jaar wat tegenslagen gehad waardoor ik twijfelde of ik deze, toch veeleisende, opleiding zou afmaken.

Mijn zus en haar man zijn afgelopen jaar gestorven en we hebben de voogdij van hun twee meisjes (10 en 6) gekregen. Zelf hebben we 3 kinderen en nu is het nogal een gezellige, drukke situatie geworden.
Daar ik altijd met kinderen gewerkt heb als onthaalmoeder, was ik gewend om meerdere kinderen in huis te hebben. Dat de meisjes bij ons kwamen wonen was daarom vanzelfsprekend. Het was meer de administratieve, juridische rompslomp eromheen.
We zijn nu 8 maanden verder en er begint een bepaalde rust in huis te komen.

Doordat Myra en Robin alletwee 10 zijn en in de 5e klas zitten ( wel van verschillende scholen), help ik altijd graag mee met hun huiswerk. Ik merk hierdoor dat ik toch een bepaalde voorsprong heb op mijn medestudenten.
Robin zit in Eben-Emael op de Franstalige school en hun aardrijkskunde en geschiedenis is vooral op België gericht ( topographie en Koningshuis). Myra daarentegen zit in Maastricht op school, en zij behandelen de Nederlandse provincies en het Koningshuis.
Ook de Europese hoofdsteden zijn aan bod gekomen.
Als Myra een toets krijgt dan maken we eerst een samenvatting zodat ze het beter kan onthouden.
Wat hebben we al samengevat dit jaar?

Geschiedenis:

- Op ontdekkingsreis ( 1400-1500): Columbus, Vasco da Gama, Willem Barentsz, Cortes, de aztekens en hun Goden...

- De renaissance (1550): betekenis, humanisme, de geleerde Erasmus ( lof der zotheid), verschil tussen renaissance en de tijd van monniken en ridders, Leonardo da Vinci (Mona Lisa), Jan van Eijck en zijn olieverf techniek, Michelangelo (Davidsbeeld)...

- De hervormers: Luther, protestantisme, Calvijn, Spaanse koning Filips II, Willem van Oranje, beeldenstorm, 80-jarige oorlog, de Geuzen...

- De gouden eeuw: VOC (Verenigde Oost-Indische Compagnie, handel, beroemde schilders ( Rembrandt van Rijn-de Nachtwacht, Vermeer, Frans Hals), belangrijke ontdekkingen ( van Leeuwenbroek-microscoop, Leeghwater-windmolen, Corneliszoon- zaagmolen, Huygens-telescoop_

Aardrijkskunde:
de provincies van België en Nederland, de Europese hoofdsteden, de Europese Unie, het Middellandse Zeeklimaat.

Biologie:
het spijsverteringskanaal, het blad ( huidmondjes, bladgroenkorrels, voedingstoffen), warm- en koudbloedige dieren, ademhalen.

Robin heeft een spreekbeurt over Hasselt gehouden, en Myra is nu bezig met haar spreekbeurt over de slingeraap.
Zelf heb ik vorig jaar een les gegeven over de Europese uilen. Mijn moeder heeft een 20-tal ransuiltjes in haar boom, en samen met de leerlingen hebben we braakballen ontleed.

Dus ik heb genoeg stof om kinderen aan te bieden, alleen wat ik moeilijk vind, dat is om het leerplan eraan te koppelen, en een goede lesvoorbereding te maken.
Daar ik al 7 jaar vrijblijvend, Nederlandse les op de Franstalige school geef, heb ik altijd instinctief gewerkt, en nu moet ik verwoorden waarom ik bepaalde dingen doe, en dat vind ik soms moeilijk.
De uren die ik daar les geef, worden in de toekomst vergoed. De staat wil Nederlandse lessen vanaf de kleuterklas geven, en ze hebben geen leraren. Daarom ben ik met deze avondopleiding begonnen.

Elise